Doorgaan naar inhoud
Menu
Maurice van Turnhout
  • Over Maurice
  • Contact
Maurice van Turnhout

Wanneer mag privacy wijken voor nationale veiligheid?

Geplaatst op 5 juli 2025

Eerder gepubliceerd in Trouw op 28 maart:

Inlichtingendiensten surveilleren steeds meer. Twee filosofen buigen zich over de vraag: Mag je privacy inruilen voor veiligheid? En zo ja, in welke gevallen?

Inlichtingendiensten AIVD en MIVD dienden vorig jaar 4445 verzoeken in om burgers te bespioneren, een toename van ruim 30 procent ten opzichte van 2023. In Trouw schatte Anne Mieke Zwaneveld van de Toetsingscommissie Inzet Bevoegdheden (TIB) dat het aantal dit jaar verder zal oplopen, gezien de geopolitieke spanningen.

Als de nationale veiligheid in het geding is kan de TIB inlichtingendiensten toestemming geven voor ingrijpende surveillancepraktijken: camerasurveillance, computerhacks, telefoontaps, huiszoekingen. Vooraf beoordeelt de TIB of verzoeken strijdig zijn met grondrechten, maar in 96 procent van de gevallen wordt het verzoek ingewilligd.

Mag je privacy offeren voor de nationale veiligheid, en hoe beoordeel je dat?

Nanda Oudejans, universitair hoofddocent rechtsfilosofie aan de Universiteit van Amsterdam, debuteert vandaag in het Filosofisch Elftal. Ze vervangt Karim Benammar, die na vier jaar afscheid neemt.

“Als democratische rechtsstaat wil je burgers beschermen, zowel tegen elkaar als tegen dreigingen van buitenaf,” zegt Oudejans. “Zonder die basale veiligheid is een democratische rechtsstaat onmogelijk. Maar ook privacy is cruciaal, en dat maakt de surveillance van AIVD en MIVD zo ingewikkeld – hier botsen twee democratische, rechtsstatelijke kernwaarden frontaal op elkaar.”

“Tijdens de discussie rondom de Sleepwet zeiden burgers vaak: ‘laat ze mij maar bespioneren, ik heb toch niets te verbergen’. Maar daarmee is de kous niet af.

“Als grondrecht waarborgt privacy de negatieve vrijheid, de vrijheid van overheidsinmenging. Negatieve vrijheid is de verdedigingslinie tussen jou en de staat, en binnen die linie mag jij als burger je eigen conceptie van het goede leven nastreven.

“In een functionerende democratische rechtsstaat mag geen enkele instantie jou opdragen wat je moet denken en geloven, hoe je moet leven, wie je moet liefhebben, enzovoort. Dat veronderstelt dus ook dat je in het privédomein niet wordt blootgesteld aan de toezichthoudende macht van de staat. Wanneer inlichtingendiensten burgers grootschalig en nauwgezet gaan volgen, komt de vrije samenleving onder druk te staan.”

“Inlichtingendiensten zijn per definitie wantrouwende instituties,” reageert Gert-Jan van der Heiden, hoogleraar metafysica aan de Radboud Universiteit. “Tegelijkertijd kunnen ze hun werk enkel verrichten in een context van vertrouwen – heel paradoxaal. Opereren in het geheim is alleen mogelijk wanneer AIVD en MIVD voldoende vertrouwen in de samenleving genieten. Als hun handelen meteen openbaar zou worden, kunnen deze organisaties niet functioneren.

“Hetzelfde geldt voor individuen: als wijzelf 100 procent transparant zouden zijn, functioneren we sociaal niet meer. In ieders leven is wel iets te vinden wat de persoon in kwestie voor een totaal onmogelijke situatie plaatst als het openbaar zou worden gemaakt.

“Tegen de achtergrond van alle hedendaagse oorlogsretoriek is het goed om na te denken over de verhouding tussen veiligheid en vrijheid, zodat je tijdens een eventuele crisis een goede balans vindt tussen de twee. Als je één van de twee verabsoluteert, komt er ellende van.

“Absolute veiligheid betekent totale controle door de staat; absolute vrijheid een soort oorlog van allen tegen allen. Wat niet wegneemt dat in overweldigende crisissituaties de uitkomst van een verstandige deliberatie kan zijn dat bepaalde vrijheden tijdelijk moeten wijken – dat hangt van de aard van de dreiging af.”

Oudejans: “Het gevaar van zo’n uitzonderingstoestand, waarin vrijheden tijdelijk moeten wijken, is dat de uitzondering permanent wordt. Daar waarschuwt de Italiaanse filosoof Giorgio Agamben voor: het recht wordt opgeschort, niet omwille van onze veiligheid, maar omwille van de macht van de sterke staat. Daarmee gaat de essentie van de rechtsstaat verloren: rechtsbescherming die de burger behoedt voor een overheid met onbeperkte, oncontroleerbare macht.”

“Ik moet denken aan Wij, een toekomstroman uit 1920 van de Russische schrijver Jevgenji Zamjatin. In Zamjatins dystopie zijn alle gebouwen volledig uit glas opgetrokken. Doordat de levens van alle onderdanen permanent zichtbaar zijn, kan de staat enorme controledwang uitoefenen. Zo’n samenleving riskeer je wanneer in crisistijd alles geoorloofd is.

“In de huidige politieke context is deze discussie geen vrijblijvend gedachtenexperiment. Als het kabinet-Schoof met maatregelen komt die burgerlijke vrijheden inperken, zou ik daar absoluut geen vertrouwen in hebben.”

“De grootste coalitiepartij PVV ligt op ramkoers met democratie en rechtstaat: rechtstatelijke bezwaren tegen maatregelen en wetten worden weggewuifd, er wordt wantrouwen gezaaid tegen politieke tegenmacht, zoals oppositie en rechters. Verder is de partij openlijk vijandig tegen minderheidsgroepen, die sowieso altijd als eerste de dupe zijn van privacyschendingen. Deze politieke realiteit zet de spanning tussen enerzijds veiligheid en anderzijds vrijheid en privacy op scherp. Gezien de beproevingen die de rechtstaat nu ondergaat, zie ik het somber in.”

Van der Heiden: “Natuurlijk, macht kan misbruikt worden. Dat zien we bij Trumps negeren van rechterlijke bevelen in de VS, en bij Erdogan die politieke tegenstanders gevangenzet in Turkije.”

“In een goed functionerende democratische rechtsstaat zou je er als burger op moeten kunnen vertrouwen dat overheden, toetsingscommissies en inlichtingendiensten de juiste balans vinden tussen privacy en veiligheid. Dat vertrouwen in instituties staat tegenwoordig onder druk, waardoor deze instituties hun gezag verliezen.

“Filosoof Paul Ricoeur zegt dat de eerste vorm van vertrouwen naïef is, zoals een kind alle volwassenen in zijn omgeving vertrouwt. Door kritiek in te bouwen krijg je wat Ricoeur een seconde naïveté noemt, een vertrouwen dat zich verdiept omdat het de kritische toets kan doorstaan. Als burger hoop je dat kritiek in het systeem zit ingebakken: dat de toetsingscommissies van inlichtingendiensten effectief zijn, dat journalisten de macht kritisch volgen, dat zaken worden gecorrigeerd en aangepast wanneer het vertrouwen wordt beschaamd.

“Op het moment dat AIVD en MIVD zich aan hun wettelijke opdracht houden en enkel informatie bewaren die relevant is voor de nationale veiligheid, schep je de mogelijkheid van vertrouwen. Zekerheid is echter nooit te verkrijgen, want als burger zul je nooit precies weten wat inlichtingendiensten allemaal uitvoeren.”

Oudejans: “Toetsingscommissies van inlichtingendiensten zijn er, maar je moet oppassen dat ze geen tandeloze papieren werkelijkheid worden. Bovendien: in een informatiesamenleving als de onze is het belangrijk dat burgers controle kunnen houden over data die van hen wordt verzameld, en dat burgers ook weten welke juridische stappen ze kunnen zetten als ze subject van surveillance zijn geweest.

“Momenteel is de geopolitieke situatie gespannen. Het is begrijpelijk dat we ons dan als samenleving beter willen beschermen tegen externe dreigingen. De Canadees-Amerikaanse politiek filosoof Bonnie Honig noemt zo’n situatie ‘tragisch’: nietsdoen is geen optie, maar elke keuze zal pijn doen, want je offert onvermijdelijk iets op. Als je voor maximale veiligheid kiest, zal het ten koste gaan van privacy en vrijheid, maar als je privacy en vrijheid laat prevaleren, maak je jezelf als samenleving kwetsbaar.

“In zo’n tragische situatie moet je volgens Honig niet alleen bedenken hoe je het voortbestaan van de samenleving kunt veiligstellen, maar ook hoe je omgaat met de nasleep van de veiligheidscrisis: als inlichtingendiensten vrijheden en privacy mogen schenden, kunnen we onszelf dan ná de crisis nog recht in de spiegel aankijken? Is onze democratische integriteit dan nog intact, wordt er verantwoordelijkheid genomen voor de aangerichte schade, valt die schade nog te herstellen?

“Vanuit deze invalshoek kan het ook een keuze zijn om de waarden die je voorstaat in crisistijd juist extra te beschermen. Misschien is privacy ons te lief om op te geven, en zijn we bereid daarvoor meer risico te lopen. Juist op die manier houden mensen mogelijk ook meer vertrouwen in de democratische rechtsstaat.”

NIEUW IN HET ELFTAL: NANDA OUDEJANS

Nanda Oudejans (1978) is universitair hoofddocent rechtsfilosofie aan de Universiteit van Amsterdam. Ze studeerde filosofie in Tilburg en promoveerde cum laude op haar onderzoek naar het vluchtelingenprobleem vanuit een juridisch en filosofisch standpunt. Voor haar proefschrift ontving Oudejans de Max van der Stoel Human Rights Award 2012.

In het Filosofisch Elftal legt Trouw een actuele vraag voor aan twee filosofen uit een poule van elf. Lees hier eerdere afleveringen terug

Geef een reactie Reactie annuleren

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

  • Journalist
    • Filosofisch Elftal
    • Interviews
    • Reportages
    • Filosofie
    • Durf te twijfelen
  • Schrijver
    • Lichtstadfamilie
    • Hardop Denken
    • Paleis van Mieris
  • Over film
    • Artikelen
    • Filmessays
    • Filmgesprek
©2025 Maurice van Turnhout