Eerder gepubliceerd op 18 oktober 2024 in Trouw:
Bloemen worden gekweekt met behulp van giftige bestrijdingsmiddelen. Moeten we daarvoor worden gewaarschuwd?
In Frankrijk stelde de rechtbank vast dat de 11-jarige Emmy, dochter van een bloemiste, overleed aan leukemie veroorzaakt door de pesticiden op de waren van haar moeder. Eerder werd parkinson in Frankrijk aangemerkt als beroepsziekte bij akkerbouwers, vanwege de gevolgen van het werken met het landbouwgif glyfosaat.
Moet de Nederlandse overheid net zo alert zijn? Het AD vroeg zijn lezers of een boeketje bloemen – net als een pakje sigaretten – voortaan moet worden voorzien van een bijsluiter.
Is zo’n waarschuwing nodig? Waar begint hier de taak van de overheid?
“Voor bloementelers en bloemisten zijn overheidswaarschuwingen misschien nuttig, maar voor een consument die een ruikertje koopt zou zoiets volslagen irrelevant zijn”, stelt Bas Haring, filosoof en bijzonder hoogleraar publiek begrip van de wetenschap aan de Universiteit Leiden. “Niemand zal ziek worden van de aankoop van een bosje hyacinten, in zulke kleine doses werkt landbouwgif niet.
“Volgens de protocollen moet je bij gifstoffengebruik in de natuurlijke omgeving eerst meten of er negatieve consequenties zijn, anders mag het niet. Maar die negatieve effecten kunnen volgens dezelfde protocollen worden weggestreept tegen eventuele positieve, zoals wanneer een gifstof geneeskrachtige eigenschappen blijkt te bezitten. Mij lijkt dat de verkeerde aanpak, want statistisch snijdt dat geen hout.
“Wat wel zo is: zodra er sprake is van een product dat niet in de natuur voorkomt en door mensen gemaakt is, is onze intuïtie dat het dan wel slecht zal zijn. Het doet mij denken aan de frase ‘seculiere boetedoening’ die journalist Frank Westerman gebruikt: het idee dat wij mensen intrinsiek slecht zijn en er beter níet zouden kunnen zijn, evenals de natuurvreemde producten die we de wereld in helpen.
“Aan bestrijdingsmiddelen kleven absoluut ernstige nadelen die je niet moet bagatelliseren, maar het is ook weer niet zo dat ze per definitie verkeerd zijn omdat wij ze in de wereld hebben geholpen.”
“Ecologische denkers als Timothy Morton wijzen erop dat de natuur zichzelf voortdurend verstoort,” reageert Thijs Lijster, universitair docent kunst- en cultuurfilosofie aan de Rijksuniversiteit Groningen. “Het is dus inderdaad riskant om de oorspronkelijke natuur te romantiseren of om te denken dat je een ‘natuurlijk evenwicht’ verstoort als je ingrijpt, want dat bestaat niet. Maar door als mens een radicale ingreep in het ecosysteem te doen met bestrijdingsmiddelen draag je wél bij aan een monocultuur, waardoor bijvoorbeeld het aantal insectensoorten afneemt – als je aan één touwtje trekt, trek je tegelijkertijd aan een heleboel andere.”
Haring: “Mijn punt is: elke menselijke uitvinding heeft negatieve kanten, en zodra je die wetenschappelijk kunt aantonen is onze reflex vaak om de uitvinding te verbieden. Maar in de natuur komen tal van giftige stoffen voor waar we helemaal niet moeilijk over doen. Is zand slecht voor je? Wél als je er te veel van eet, en toch dulden we het in de natuur. Ik zou er dus voor willen pleiten om natuurlijke en onnatuurlijke stoffen zoveel mogelijk op hun objectieve eigenschappen te beoordelen.”
Lijster: “Prima, zolang we ervoor blijven waken dat industrieën het element van onzekerheid in de wetenschap blijven uitbuiten om schadelijke producten op de markt te houden. Ik herinner me posters van de anti-antirooklobby, waarop stond hoeveel schadelijke stoffen er in een glas water zitten. De tabaksindustrie ontkende lang de schadelijke gevolgen van roken, en toen dat niet meer vol te houden was gingen ze de schade bagatelliseren en ridiculiseren.
“Met wetenschappelijke tegenrapporten kon de sector jarenlang regulering afhouden, want er bleef altijd een kleine kans dat de longkanker van rokers niet werd veroorzaakt door sigaretten, maar door andere ongezonde leefgewoonten. Natuurlijk moet je grondig onderzoek blijven doen, maar bij een redelijk onderbouwd vermoeden van schadelijkheid mag je best het zekere voor het onzekere nemen.
“Hiermee wil ik een bosje bloemen niet gelijkstellen aan een pakje sigaretten, maar vooral benadrukken dat de volksgezondheid nooit het primaire belang is van bedrijven en industrieën. Daarom is er onafhankelijk onderzoek nodig, en regulering vanuit de overheid, want die heeft vanuit het voorzorgsprincipe het welzijn van burgers als primaire verantwoordelijkheid.”
Haring: “Dat voorzorgsprincipe is legitiem, zolang je het niet te streng hanteert. Als je dat wel doet, zou je ook nooit in een auto kunnen stappen, want je loopt dan immers kans om een ongeluk te krijgen. Doe dus aan zorgvuldige kansberekening: hoe groot is de kans op een ongeluk en weegt dat op tegen de positieve gevolgen als ik wél in de auto stap?
“Hetzelfde principe geldt voor het werken met bestrijdingsmiddelen. Als mensen er veel mee moeten werken, kan je ze uit voorzorg verplichten om bijvoorbeeld beschermende pakken te dragen. Met een waarschuwing op een bos bloemen bereik je dat allemaal niet.”
Lijster: “En je kunt de regels aanscherpen om ook omwonenden van bloementelers te beschermen, die dagelijks aan dezelfde bestrijdingsmiddelen worden blootgesteld. Volgens het schadebeginsel van John Stuart Mill heb je de vrijheid om met je vuist te zwaaien totdat jouw vuist de neus van iemand anders raakt. Veel vormen van schade zijn echter indirecter. De Zuid-Afrikaanse auteur Rob Nixon schrijft dat gezondheidsschade door uitstoot ook een vorm van geweld is, maar dan op trage en geleidelijke wijze berokkend, zonder dat het geweld naar specifieke individuen te herleiden valt, slow violence. De vraag wie verantwoordelijk is wordt dan ingewikkelder, maar toch is het absoluut een vorm van geweld.
“Met een waarschuwingssticker zou je de individuele consument de schuld geven van schade die wordt toegebracht aan arbeiders en omwonenden, terwijl die consument daar niet primair voor verantwoordelijk is. Het wrange is dat we allemaal al lang weten dat bijvoorbeeld veel van onze kleren met kinderarbeid worden gemaakt, maar als individu kun je dat niet stoppen. Alternatieve keuzes zijn vaak evenmin transparant: zonnepanelen blijken onder erbarmelijke omstandigheden in China te zijn geproduceerd, met mineralen uit Afrika. Als individuele consument blijf je achter met een gevoel dat je het tóch nooit goed kan doen, dus je gaat maar door zoals je altijd al deed. Filosoof Peter Sloterdijk noemt dat een ‘verlicht vals bewustzijn’. De vraag is vooral hoe we als collectief iets tegen deze misstanden kunnen ondernemen.”
Haring: “Biologische teelt is een alternatief, maar ‘biologisch’ wil inderdaad niet automatisch zeggen dat het minder schadelijk is. Pas als het aantoonbaar beter en veiliger is kan de overheid tuinders verplichten om op die manier te gaan werken.
“Vaak wordt in de wereld van industrie en geld één criterium gehanteerd: als het niet verboden is, dan mag het. Van een schadelijk bestrijdingsmiddel zou niet de tuinder, maar vooral de producent zich moeten afvragen of hij zichzelf nog in de spiegel kan aankijken, los van de vraag of het legaal is.”
Lijster: “Naast de politiek-filosofische vraag speelt er ook een cultuur-filosofische vraag mee: waaróm geven we elkaar bloemen, welke verwachtingen kleven eraan? Sinds de oude Grieken draait schoonheid om perfectie, en dat idee bepaalt nog steeds onze verwachtingen als consument. We willen een smetteloze bloem die twee weken prachtig bloeit en die bij het eerste smetje in de groenbak moet, het soort bloem dat je alleen krijgt met bestrijdingsmiddelen.
“In de Japanse esthetica zijn er de principes van wabi-sabi. Daarbij ligt de nadruk niet op perfectie, maar juist op onvolmaaktheid en verval. De weelderige kersenbloesem wordt vaak als summum van schoonheid gezien, maar zie je dan niet de bescheiden schoonheid over het hoofd van de eerste grassprietjes die door de sneeuw heen komen? En waarom zou je een bloem weggooien als die aan het verwelken is, zit er dan geen schoonheid in het verval?”
In het Filosofisch Elftal legt Trouw een actuele vraag voor aan twee filosofen uit een poule van elf. Lees hier eerdere afleveringen terug