Eerder gepubliceerd op de website van Cineville:
Films zijn er niet zomaar. Filmmaken is een woest proces, van de scriptfase tot de postproductie. Crowdfundingsplatform CineCrowd barst van de interessante en eigenzinnige filmmakers en hun projecten. Maurice van Turnhout neemt elke maand een kijkje bij zo’n project. Een kijkje in de hemel en de hel van het filmmaken. In deze vijfde aflevering praat hij met de makers van Gliese 581, een afstudeerfilm in the making, in een voor Nederland weinig gangbaar genre: sciencefiction.
Door Maurice van Turnhout
‘Het basisconcept voor Gliese 581 zat al een jaar of tien in mijn hoofd,’ vertelt regisseuse Rianne Haak (25). ‘Ik wilde een film maken over mensen die naar Mars verhuizen, en over hoe het zou zijn om nooit meer op aarde terug te komen. Zelf ben ik ervan overtuigd dat het paradijs hier op aarde is, als je het maar durft te zien.’
Rianne had al vóór haar opleiding korte films gedraaid, maar pas op de HKU raakte ze ervan overtuigd dat ze een volwaardige sciencefictionfilm kon maken. Op de deur van haar studentenkamer groeide een woud van gele memovelletjes, in eerste instantie nog losse gedachtespinsels en citaten. Maar naarmate de velletjes dichterbij de vloer kwamen, ontstonden er concrete scènes. De memo’s groeiden uit tot het verhaal van astronaut Eva (Sanne van Dijk), die in de 23e eeuw op zoek gaat naar een groene planeet, aangezien de grondstoffen en levensmiddelen op aarde zijn uitgeput.
Student media management Rob IJpelaar (24) dacht een halve dag na voor hij zich als producer aan Gliese 581 verbond. Rob: ‘Ik ben geen grote sciencefiction fan, dus dat gaf niet de doorslag. Maar ik houd wel van projecten die op het randje zitten, van makers die durven te dromen. Jammer genoeg wordt er in Nederland veel rechttoe-rechtaan drama gemaakt. Het lijkt soms of je hier alleen boekverfilmingen met Carice van Houten van de grond kan krijgen.’
Loont het als ambitieuze maker dan niet om over de grenzen te kijken? Rob: ‘Nederland is wel een land waar bijvoorbeeld op postproductiegebied veel mogelijk is, er zit genoeg talent. Maar er zijn weinig organisaties en bedrijven die hun nek uit willen steken door bijzondere projecten te financieren.’ Rianne vult aan: ‘Ik vind het juist een uitdaging om te laten zien dat een project als dit ook gewoon kan in Nederland. Toen we aan Gliese 581 begonnen dacht iedereen: eerst zien en dan geloven.
Zorgelijke docenten
Er studeerden acht studenten van verschillende disciplines af met Gliese 581, meer dan het dubbele van wat aan de HKU gebruikelijk is. Waren er geen docenten die het project te riskant vonden? ‘Ze keken wel wat zorgelijk,’ geeft Rianne toe. ‘Ik moest tegen de docenten zeggen dat het allemaal wel goed zou komen, een beetje de omgekeerde wereld.’
Rianne overtuigde hen met grondige research, mappen vol concepttekeningen voor decors en kostuums, en shot-analyses van ondermeer 2001: A Space Odyssey, Solaris, Alien en Moon. Als achtergrond voor haar scenario stelde ze ook een globale ruimtevaartgeschiedenis van de toekomst op. Rianne: ‘Ik had gelezen dat in 2037 de eerste mens op Mars moet landen. Vanaf dat jaartal heb ik telkens de volgende logische stap bedacht. Het is erg leuk om op die manier je fantasie de vrije loop laten.’
Samen met concept artist Michiel Reijnders zette Rianne, die een achtergrond heeft als grafisch vormgever, haar tekeningen om in concrete ontwerpen. Rianne: ‘Op een gegeven moment ontdekte ik dat er rechtstreekse kopieën in onze film zitten van kostuumonderdelen uit Star Wars. Eva heeft bijvoorbeeld de laarzen van Luke Skywalker aan. Die heb ik echt niet nagetekend, maar blijkbaar zitten ze toch ergens in mijn onderbewuste opgeslagen.
De Vesta III
De opnamen voor Gliese 581 begonnen laat in het schooljaar, toen veel medestudenten de eerste edit van hun afstudeerfilm al klaar hadden. Het interieur van ruimteschip Vesta III, een decor met een oppervlakte van 30 vierkante meter, zorgde voor heel wat hoofdbreken. Rob: ‘Als het decor niet lukt, kun je de film wel vergeten. Op een gegeven moment vroegen we ons af of we niet beter de stekker eruit konden trekken. We hadden al veel concessies moeten doen. Het grootste deel van het budget ging naar het decor, en daardoor konden we minder aan andere dingen besteden.’
Rianne: ‘Ik ben een perfectionist. Stel dat het decor af komt, ziet het er dan wel zo uit als ik wil? Mensen bleven me vragen hoe het met de film stond, en daar had ik vlak voor we gingen draaien nog geen antwoord op. Maar als regisseur moet je wel de crew gemotiveerd en kalm houden.’
Uiteindelijk kwam er redding in de vorm van ECOBoards, een bedrijf dat gratis bouwplaten ter beschikking stelde. De Vesta III verrees toen binnen twee maanden in een hal van Stichting Bedrijvigheid te Culemborg. Rob: ‘Op de eerste draaidag was de vleugel waar we in moesten draaien helemaal klaar, maar de andere vleugels moesten nog afgemaakt worden. Ik heb toen met een paar man enkele nachten op de set doorgewerkt. Op zo’n moment put je daar energie uit, dan kun je lang doorgaan met weinig slaap. Het is goed dat we uiteindelijk het project hebben doorgezet. Dat moest ook wel, want anders hadden we voor acht man het eindexamen verkloot.’
Meer informatie over Gliese 581 is nu te vinden op de website van CineCrowd.